Blijf van mijn muis af
Ken je dat? Je bezoekt iemands nieuwe huis en de eigenaar zegt bij de deur van de slaapkamer triomfantelijk: ‘This is where the magic happens!’. Er valt een stilte, je wendt je ogen af en je zegt dat je nog iets uit de auto bent vergeten te pakken. Terwijl je de trap afloopt probeer je de zogenaamde ‘magic’ tussen Olaf en Maartje van je netvlies af te poetsen maar het lukt niet, hoe hard je ook wrijft.
Een video-editor zal nooit pochen over de heldendaden die hij verricht in zijn ‘master bedroom’: de krappe editset waar koffievlekken het patroon van de grijze Kwantum tapijttegelvloer bepalen. Noch zal hij van de daken schreeuwen dat hij degene was die twee miljoen kijkers aan de buis gekluisterd hield met zijn spanningsopbouw, beeldritme en dramatiek.
Waar de cameraman #anotherdayattheoffice durft te posten en zich in alle onbescheidenheid laat fotograferen in tropische oorden met aan weerszijden knappe stagiaires en een groot apparaat (op de schouder), is de editor wars van uiterlijk vertoon en laat hij zijn vingers spreken. Een foto van een ingewikkelde tijdlijn, dat is het dan wel.
Om een beetje goed voor de dag te komen heb ik deze keer onderzoek gedaan naar de factoren die het de editor lastig, zo niet onmogelijk maken om de ‘magic’ te laten ‘happenen’. Want over 1 ding is iedereen het eens: de editor maakt van jouw stront een gebakje. Wat ‘ie daarbij niet kan gebruiken is het volgende:
Dat je aan z’n muis zit.
In het hok van 3 bij 2 heeft ieder z’n eigen habitat. De editor links en de regisseur, verslaggever of eindredacteur rechts. Met een eigen laptop. Hier breng je gemiddeld een uurtje of 8, 9 per dag samen door. Het kan zijn dat je de illusie hebt dat je denkvermogen sneller is dan de editor van dienst maar als je, al dan niet uit een reflex, telkens naar ZIJN (of haar) computermuis grijpt om ‘dan maar zelf dat fragment op te zoeken’ heb je kans dat er na anderhalve dag per ongeluk een kop koffie in je nieuwe tas valt. Valt in de categorie: ‘Wil je ook een stuurtje?’.
Dat je bij elke las met je vingers knipt.
Een las is het punt waarop een nieuw fragment begint (of een bestaand fragment eindigt). Wanneer je met de editor een goede tandem vormt kan je dit punt geluidloos met elkaar overeenkomen. Daarvoor hoef je dus niet als een wannabe studio-regisseur telkens met je vingers te knippen. Echt: geen enkele editor, behalve een dove, vindt dit prettig. Een knikje of een gebaar volstaat. Ik stel voor dat editors uit protest het themanummer van The Adams Family zingen telkens als je met je vingers knipt. ‘Tudududum, knip-knip’.
Dat je denkt dat elke editor de muziekjes zelf bij zich heeft.
Achtergrondmuziek is een gevoelig punt in de televisiewereld. Makers vinden stiltes dodelijk saai en willen elke emotie versterken met muziek. Op het obsessieve af. De keuze van muziek is vaak voorspelbaar. Ook voorspelbaar is het gedrag van de nauwelijks voorbereide regisseur die angstvallig naar links kijkt of de editor diens eigen laptop ook open heeft staan met een onuitputtelijke bron van allerhande achtergrondmuziek erin.
‘Ik dacht: jij hebt wel muziekjes.’
Dat je door elke cruciale handeling heen blèrt.
De kunst der montage vergt subtiliteit. Zo ook het nauwgezet aan elkaar verbinden van opgenomen woorden, zonder dat het ten koste gaat van de geloofwaardigheid. Frame voor frame probeert de editor te luisteren of de geluidsovergang klopt. Trimmen heet dat. Sommige regisseurs hebben het talent om precies op dát moment een Dumpert-filmpje te gaan bekijken, een verhaal te beginnen over die ene collega of heel hard de volgende scene al aan te kondigen.
‘Oh, was je nog bezig? Heb je die gast gezien die op z’n bek gaat met die kerstboom? Zullen we eerst effe lunchen?’
Dat je telkens wegloopt.
‘Oh, die editor waar ik nu mee werk is zó goed! Werkt ook altijd lekker door als ik ga roken..’
Natuurlijk is het een lange zit. En je bent heel druk. Maar misschien is het handig om op cruciale momenten aanwijzingen te geven. Want degene die jouw shit oplost wil soms graag weten waar hij de pareltjes kan vinden in het moeras van gedraaid materiaal. Roken, besprekingen, internetten, privé sores: het wordt er allemaal niet productiever op.
‘Ja maar.. wacht effe.. heb je het nou zó gemonteerd? Maar dát bedoelde ik niet..’
Kortom: de editor kan soms wel wat hulp gebruiken om te zorgen dat ‘the magic happens’. Steeds vaker zien we echter dat de editor in z’n eentje werkt. Zonder de luidruchtige melange van Smint en Marlboro in z’n aura. Soms uit kostenoverwegingen, vaak als nieuwe manier van werken. Met een boodschappentas vol ruw of half voorgemonteerd materiaal, scripts en pagina’s vol uitgeschreven spotlijsten. Veel editors vinden dat ook wel prettig.
‘Ga maar lekker koken. En waarschuw even als het eten klaar is.’
Labels:another day at the office, aura, editor, eindmontage, eindredacteur, ergernissen, habitat, las, magic, makers, marlboro, master bedroom, moeras, montage, muis, muziek, programmamakers, regisseur, roken, smint, televisie, televisiemakers, verslaggever, video-editor