Hilversum Mediastad?
Over de eeuwige pogingen van Hilversum om erbij te horen..
Als televisiemaker woon ik in een gezellig dorpje in ’t Gooi. Heerlijk groen, vlakbij de hei, de kinderen kunnen buiten spelen en gaan naar een fatsoenlijke school. Ik hou wel van de stad hoor: binnen een half uurtje ben ik in Utrecht of Amsterdam om een hapje te eten, te shoppen of een concertje te bezoeken. Prima: als passant. Met plezier verruil ik na het stappen de geur van muizen in trapportalen, de asociale fietsers, de wietlucht en de tramgeluiden voor de kalmte van Hilversum. Doei! Tot volgende week! Ik hoef er nu even niet meer bij te horen.
Hilversum. Niemand weet of het een dorp is of een stad. Een dorp heeft landelijke karaktereigenschappen zoals een groene omgeving en vaak een brink. Dat is Hilversum. Een stad heeft stadse voorzieningen zoals een ziekenhuis, een station, middelbare scholen en een redelijk inwoneraantal. Ook dat is Hilversum. Zogenaamde Stadsrechten zijn al in 1825 afgeschaft in Nederland, dat is dus geen criterium. Deze info kreeg ik via Hilversum Whatsapp, een nieuwe hippe dienst die het mogelijk moet maken inwoners te informeren over allerhande prangende zaken zoals deze.
‘Welkom in de Mediastad’
Het blinkende bord ‘Welkom in de Mediastad’ begroet ons op de invalswegen en neemt dus een voorschotje op het al dan niet stad zijn van ons dorp. Hilversummers zelf vinden het namelijk een dorp. Je mag aannemen dat zij het wel weten. ‘Ik ben even naar ’t dorp.’ betekent dus dat je even gaat winkelen in het centrum.
Mediastad is typisch zo’n marketingterm. Want wat is media? Dat kan van alles zijn: een telefoon, de krant, televisie, radio, internet, games of een walkietalkie. Het bekt wel lekker en het is vooral omarmd door de lokale politiek. PVDA burgemeester, oud Volkskrant-journalist Pieter Broertjes en Wimar Jaeger, D66- wethouder, groot geworden in de verpakkingsindustrie, trekken samen ten strijde als Don Quichot en Sancho Panza om hun Mediastad-idealen vorm te geven. Hilversum moet en zal de Mediastad worden. Of blijven.
‘Mediastad’ is een begrip dat een beroep doet op ons collectieve geheugen. Tenslotte bevinden veel omroepbedrijven zich nog in Hilversum. Het Mediapark is het grootste voorbeeld daarvan. Omroepen zenden nog steeds uit vanaf deze locatie en vooral de publieke zenders en hun faciliteiten hebben Hilversum nog als standplaats.
‘Hilversum is niet sexy meer’
In de hoogtijdagen, eind jaren ’90, was Hilversum het bruisende centrum van zowel commerciële als publieke omroepen, hun productiehuizen en alle facilitaire bedrijven eromheen. Das war einmal. Want Hilversum is niet sexy meer. Waar vroeger menig Gooise villa en megalomaan pand werd bezet om het sjieke televisie vak uit te oefenen sluipen nu diverse mediabedrijven het dorp uit om zich te vestigen in Amsterdam. Uit kostenbesparing. Of gewoon omdat Amsterdam the place to be is. Werken in de echte stad, waar al je jonge personeel ook woont en op het fietsje naartoe gaat.
‘Mediapark: Oostblok-achtige sfeer’
Wie zich er weleens toe gezet heeft een wandeling te maken door het Mediapark heeft zich kunnen verlekkeren aan een Oostblok-achtige sfeer met grauwe panden waar veelal mensen op leeftijd op ambtelijke tijden in-en uitgaan. Niks glamour. Niks showbizz. Wie zich net zoals ik als televisiemaker een rondgang kan permitteren binnen deze muren weet dat dit geen uiterlijke schijn is. Het Mediapark is vergrijsd, letterlijk en figuurlijk. Veel studioruimtes staan leeg, aftandse kantoortjes worden te huur aangeboden en tussendoor lopen fossiele omroepmedewerkers met vaste contracten die hun tijd uitzitten.
Op het Mediapark staat sinds 2006 het opvallende gebouw van het Instituut voor Beeld en Geluid. Een eyecatcher, dat zeker. Binnen bevindt zich behalve een enorm (gesloten) archief ook een druk bezocht omroepmuseum. Tante Annie uit Groesbeek kan er herinneringen ophalen over Swiebertje en tussen alle relikwieën kan je zelf radio en televisie maken. Met apparatuur uit de jaren ’90 weliswaar. Die spullen waren tenslotte nog over. Het geheel wordt gecamoufleerd door interactieve spellen over oude televisieprogramma’s en door Dyanne Beekman gestylede behulpzame assistenten.
‘Mediapact en Media-Valley’
Pieter en Wimar doen enorm hun best om de weglopers binnen te houden. Er is in 2014 zelfs een heus pact gesloten met mediabedrijven en opleidingsinstituten: Mediapact 2020. In dit pact een reeks afspraken over het behouden van creatieve kennis door middel van o.a. een Mediacampus.
De slag op televisie-productieniveau lijkt te zijn verloren en daarom richt Hilversum zich op twee nieuwe peilers: onderwijs en games. De aanwezigheid van de internationale game-ontwikkelaar Spil Games bezorgt de Hilversumse politiek natte dromen en samen met een aantal gewillige media-opleidingen moet de focus verlegd worden. Er wordt inmiddels gesproken van Media-Valley, waarbij Hilversum niet het centrum van het Nederlandse medialandschap moet worden maar een onderdeel van een conglomeraat, samen met Amsterdam, Utrecht en Almere. Het kwartje lijkt te zijn gevallen. Hilversum moet de onderwijs- en game tak worden van dit grotere gebied.
‘Pijnlijk..’
Intussen neemt ook televisieproducent Blue Circle de benen richting Amsterdam. Pijnlijk, want op openbare plekken zoals het gemeentekantoor draait nog vrolijk een filmpje waarin naast o.a. Jan Slagter van Omroep Max ook Blue Circle’s CEO Georgette Schlick Hilversum prijst om het gunstige media-vestigingsklimaat.
De vraag is wanneer de hippe gamers besluiten het geluk een stukje verderop te zoeken.
‘RTi Hilversum’
Ikzelf zoek nog steeds naar de kenmerken van een heuse Mediastad. Die vind ik niet door de TV af te stemmen op de lokale omroep RTi Hilversum, wat toch een beetje een visitekaartje zou moeten zijn van een zichzelf Mediastad noemende gemeente. Voor een jaarlijkse 180.000 euro subsidie wordt de kijker getrakteerd op tenenkrommende reportages, gemaakt door goedwillende jongens en meisjes, begeleid door trillende bejaarden. Verder vechten baantjeszieke bestuurders, opportunisten en fossiele oud omroepmedewerkers elkaar de tent uit bij het besturen van deze ellende. Alles te lezen in het plaatselijke sufferdje De Gooi-en Eembode. Elke financiële injectie is bij voorbaat dus al weggegooid geld.
‘Verpakkingstruc’
Begin van dit jaar heeft wethouder Wimar een slimme verpakkingstruc uitgehaald. Na een slepende rechtszaak van Ziggo vs Gemeente Hilversum over achterstallige kabelgelden moest Hilversum 4 miljoen euro boete betalen aan Ziggo (voormalig UPC). Laatstgenoemde zag daarin een kans zich te nestelen in de Hilversumse media-gekte en gaat diezelfde miljoenen tot 2019 nu ‘investeren’ in onderwijs, infrastructuur en innovatie. En in RTi Hilversum. Hoera. Er wordt zelfs een openbaar wifi-netwerk in Hilversum beloofd, iets wat jaren geleden al strandde met KPN. Mocht je overigens ooit de openbare wifi van NS hebben geprobeerd, dan weet je wat je te wachten staat. De één zou zeggen: we zijn gegijzeld door een commerciële partij die alle Hilversumse media-infrastructuur naar zich toe wil trekken. De ander, Wimar, zegt: topdeal waarmee we Hilversum als Mediastad op de kaart zetten. Verpakken is ook een vak.
Tussendoor gaat ook RTL Boulevard met studio en al gezellig naar Amsterdam.
De regionale krant Gooi-en Eemlander berichtte vorige week over de grote leegstand in het Hilversumse (dorps- of) stadscentrum. Centrummanager Kjeld Vosjan pleitte daarin voor een creatieve invulling van de lege panden. Zo ziet hij wel een televisiestudio van John de Mol verrijzen in het voormalige V&D pand. Kjeld is vast een leuke evenementen organisator maar is hier toch even van het padje af..
‘Open Studiodagen’
Sinds een aantal jaren organiseert Hilversum de Open Studiodagen. Dan kun je je op het Mediapark vergapen aan lege televisiestudio’s, decorhallen die niet meer in gebruik zijn, en je rond laten rijden in een truttig treintje langs de plek waar ooit RTL Boulevard zat. Op de Kerkbrink had facilitair bedrijf United Broadcast Facilities dit jaar een heuse cameraopstelling opgetuigd waarbij een oude regisseur heldenverhalen opdreunde aan de 25 man publiek. Verhalen over vroeger.
‘Videoschermen’
Op grote videoschermen bij o.a. het station Hilversum wordt duidelijk gemaakt dat je een hele spannende mediastad betreedt waar enorm veel te doen is. Deze schermen zijn het zoveelste voorbeeld van het dorpse karakter van de lokale politiek. Alsof iemand door die schermen nu ineens denkt: ‘Hé, coole stad dit..’
Een dorp is dorp en misschien moet je niet te pretentieus zijn als lokale bestuurder. De Kerkbrink is een heerlijk rustig plekje om in het zonnetje een koffie verkeerd te bestellen. Maar het Leidseplein is gewoon another cup of tea. Laten we de Amsterdamse windmolens vooral niet proberen te verslaan met dubieuze deals of papieren pacten.
‘Pionieren en overleven’
Ik ben niet de enige inwoner van Hilversum die in de media werkt. Mijn collega’s uit de buurt en ik vinden het geen enkel probleem om ook lekker in Amsterdam te werken of om het land door te crossen om reportages te maken. Als we maar werk hebben. Wij hebben vooral ook geen gemeentelijk georganiseerde netwerkbijeenkomsten nodig. Wij zorgen voor onszelf door te doen waar het televisie maken ooit mee begon: pionieren en overleven.
Liever hebben we dat het uitgaanscentrum veiliger wordt, de leegstand van de winkels wordt opgelost en het verkeer doorstroomt. Dan horen we er gewoon weer bij. Als dorp.
Dus Pieter, Wimar en Kjeld: koester de huidige mediabedrijven een beetje en verslik je niet in te grote dromen. Daar is de dorpse politiek gewoon een maatje te klein voor.
Labels:almere, amsterdam, beeld en geluid, broertjes, centrum, don quichot, dorp, dyanne beekman, fossielen, Gooi- en Eembode, Gooi- en Eemlander, hilversum, jaeger, journalist, Kjeld Vosjan, marketing, media, media valley, mediapact, mediapark, mediastad, oostblok, Open Studiodagen, productiehuizen, RTi Hilversum, sancho panza, stad, stadsrechten, Utrecht, windmolens