Meningen
‘Wij-van-de-televisie’ ogen misschien zelfverzekerd maar in werkelijkheid zijn we net zo gevoelig voor meningen en kritiek als ieder ander mens. We hebben ook stress, slapeloze nachten, vreetbuien en buikpijn. Misschien wel meer dan mensen die wij vaak ‘de kijkers’ noemen. Waarom? Misschien omdat wij alles zo vreselijk belangrijk vinden. Omdat wij ons vrijwillig in een zwembad vol deadlines, baasjes, krappe productiebudgetten en korte arbeidscontractjes storten. Een zwembad met een heel klein laagje geld, want het beetje dat de tv maker verdient gaat natuurlijk op aan er leuk uitzien voor elkaar. Of aan backpacken tussen die contractjes door. Volwassen worden de meeste makers niet, laat staan rijk.
Scroll. Verversen.
Als er iets bijdraagt aan de stress is het wel de mening van de buitenwereld. Tijdens een uitzending wordt er door het team meer gekeken naar de programma hashtags op Twitter dan naar de aflevering zélf. Terwijl dat laatste misschien handiger zou zijn om verbeterpunten te ontdekken. Screenshots van tweets gaan rap rond in de appgroep. Scroll. Verversen. Scroll. Verversen. Met als doel: bevestiging dat we goed bezig zijn. Voor de duidelijkheid: ik doe daar ook aan mee. Ik doe daar gewoon heel hard aan mee zelfs.
Zielig geval
Aan het ontbijt, zo tussen half acht en kwart voor acht, gaat het scrollen en verversen gewoon door. Want: kijkcijfers in aantocht. En bij witte rook weer meteen screenshots maken en elkaar appen om te zeggen dat je wel meer had verwacht maar dat het marktaandeel toch ook wel tevreden stemt. Omdat ik me aan de ontbijttafel moet verantwoorden voor mijn tijdelijke apathie roep ik standaard: ‘Dit is nu even belangrijk voor papa’s werk, het moet! En wie is er met dat pindakaasmes in de boter gegaan?’. Maar ik houd mezelf natuurlijk meer voor de gek dan mijn tafelgenoten, die mij een zielig geval vinden.
Zuur
Later op de dag vult de appgroep zich met recensies van Angela de Jong of Han Lips, die vaak de pijnpunten van programma’s blootleggen. We delen ze wel, maar haasten ons om er meteen een berichtje achteraan te sturen met ‘Zuur.’, ‘Deze heeft niet goed gekeken.’, ‘Zó makkelijk..’, of ‘Die snapt er geen pepernoot van.’. Maar het knaagt. Onkenningsfase.
Mediacourant
Met een beetje geluk komt Mediacourant om de hoek kijken met een kijkcijferanalyse en een meningenfestijn. Nieuwsberichten gebaseerd op interviews uit andere media met een dosis cynisme en sarcasme. En daarvan gaan de haren van makers het meest overeind staan. De Mediacourant wordt door televisiemensen best serieus genomen. Ik durf te wedden dat meer dan de helft van mijn collega’s elke dag kijkt. Met regelmaat wordt er gescrolld om onder het nieuws de meningen van mensen met namen als Dinges, Ikke, Aanmehoela, Curryworst en Rughaar te bekijken. Mediacourant is een soort Geenstijl of Dumpert voor TV onderwerpen, inclusief reaguurders met ‘huilie huilie’ in hun vocabulaire. Alleen zijn deze mensen waarschijnlijk 40 plus want ze kijken TV. Een enkeling ventileert een beetje kennis van ons vakgebied maar het gros reageert primair en zonder al te veel verstand van zaken. Een veelgehoord commentaar: ‘Van A tot Z gescript!’. Dan denk ik weleens: misschien hadden we dat inderdaad moeten doen, dat had wel wat tijd gescheeld. Ik vraag me af wie het zijn, die reaguurders, en of ze toch niet ooit in het vak zaten. Zitten ze van achter hun bureautjes bij RTL of Talpa stiekem hun eigen producties af te kraken? Zijn ze ontslagen of liepen ze ooit een mooie functie mis? Zijn het mensen van sales? Is het die mislukte eindredacteur?
Termen als ‘horrorcijfers’ en ‘exit’ vind je elke week wel drie keer terug in de berichten en commentaren. Gek genoeg gaan alle tv makers die termen ook nog eens overnemen. Het liefst niet wanneer het gaat over hun eigen producties maar wel over die ene talkshowhost die onder vuur ligt, of over de flop van de buren.
I amsterdam
En als er zich dan een gelegenheid voordoet om daadwerkelijk te horen van de doelgroep wat zij van onze programma’s vinden, zoals tijdens een interview-dag bij ‘de mensen’ thuis, dan gaan we het tijdens de lunch met bezorgde broodjes zalm/roomkaas een uur hebben over waarom de letters ‘I amsterdam’ weg moeten. Alsof die mensen in Raamsdonksveer of Assen daar een boodschap aan hebben. Alsof ze ons al niet gek genoeg vinden praten. Precies: want wij praten zelf raar. Met ons geaffecteerde betweterige ABN toontje: ‘Zegt U het zo maar, dat komt beter over bij de kijkers thuis..’.
Bubbel
Televisiemensen zitten in hun eigen hoofdstedelijke bubbel. Want 80% van de makers woont in en rond Amsterdam en 80% van de kijkers niet. Dus mislukken er ook veel projecten. We zien vaak niet wat mensen daadwerkelijk willen kijken en daar hebben we dan stress van. Want we begrijpen ze niet. We willen zó graag een quote halen die we van tevoren hebben bedacht dat we vinden dat we falen als het niet lukt. Gevolg: Acht hermontages. ‘s nachts een zak Hamka’s opmaken. Of maar weer roken, ook zoiets.
Als mensen uit wat wij ‘de provincie’ noemen een programma over ‘wij-van-de-televisie’ zouden maken zouden we pas écht zien in wat voor reservaat we zelf leven. Maar of ‘de kijker’ dat interessant genoeg vindt: ik betwijfel het..
Labels:Angela de Jong, appgroep, bubbel, dedain, eindredacteur, Hamka's, Han Lips, hermontage, hoofdstedelijk, I amsterdam, kijkcijfers, kritiek, mediacourant, meningen, papa, recensie, sales, scroll, twitter, ververs, wij van de televisie, zuur